Ouderen kiezen massaal voor 50 Plus

Gepubliceerd: 14-02-2013

Crisis nu sterker gevoeld, vooral door ouderen

Als er vandaag verkiezingen zouden zijn, zou 50 Plus 24 zetels kunnen halen. Maar liefst 26% van de 50 plussers zou op deze partij stemmen, als er vandaag verkiezingen zouden zijn. Ten gevolge van deze ouderenmobilisatie zou 50 Plus momenteel de tweede partij van het land zijn, nipt voor de PvdA. De VVD zou met 28 zetels de grootste zijn. De steun voor 50 Plus komt niet uit de lucht vallen. Maar liefst 91% van de ouderen merkt persoonlijk iets van de crisis, 69% vreest dat hun inkomen het komende half jaar zal afnemen en slechts een kwart is optimistisch over de richting waarin ons land zich ontwikkelt. Dat alles blijkt uit onderzoek van TNS NIPO.
 
Het boven gemiddelde pessimisme van ouderen vertaalt zich in de huidige electorale verhoudingen – en hoe. Kon 50 Plus ten tijde van de laatste zetelpeiling – vlak voor Kerst 2012 – nog op zeven zetels rekenen, inmiddels zouden het er 24 zijn. Met een dergelijke score wordt de partij in één klap ongeveer even groot als de PvdA, twee maanden geleden virtueel nog de grootste. De VVD verliest weliswaar ook kiezers aan 50 Plus, maar wint er over de gehele linie meer terug en is thans met 28 zetels weer de grootste.

Ook de overige partijen met meer dan tien virtuele zetels verliezen aanmerkelijk aan 50 Plus. De PVV daalt naar 16 zetels en D66 naar 12 zetels, terwijl de SP (19 zetels) en CDA (14 zetels) desondanks standhouden. GroenLinks zou momenteel op 2 zetels kunnen rekenen.

1 | Zetelverdeling TNS NIPO week 7

  TK 2012 5 nov ‘12 19 dec ‘12 13 feb ‘13
VVD 41 21 24 28
PvdA 38 33 34 23
PVV 15 20 21 16
SP 15 21 17 19
CDA 13 17 15 14
D66 12 17 15 12
ChristenUnie 5 4 6 5
SGP 3 4 4 4
GroenLinks 4 3 4 2
PvdD 2 2 3 3
50 Plus 2 8 7 24
 
De motieven van ‘switchende’ kiezers maken evident dat er een duidelijke relatie is tussen de economische crisis, het sociaaleconomische beleid van dit moment en de winst voor 50 Plus:
  
‘Ouderen worden onevenredig hard aangepakt. We hebben vaak meer dan 40 à 45 jaar gewerkt, de jongeren van tegenwoordig beginnen pas met 23 á 27 jaar te werken, dus die kunnen nooit zo lang werken als wij gedaan hebben. Wij hebben het land na de oorlog opgebouwd en dit is onze dank.’ (stemde SP, zou nu 50 Plus stemmen)
 
‘Omdat wij als ouderen, denk ik, onevenredig zwaar belast worden. Toen er sprake van was dat de hogere inkomsten zwaar werden aangepakt werd dat al heel snel terug gedraaid. Laat de politiek eerst eens iets serieus doen aan bonussen en salarissen van bankiers en andere onevenwichtige inkomsten. Zolang dat niet wordt aangepakt, kies ik uiterst links en denk ik, tegen mijn gevoel in, uiterst rechts: alleen aan mijn eigenbelang. Ik stem dus links.’ (stemde D66, zou nu 50 Plus stemmen)
 
Als deze partij maar 50% waar kan maken van hun verkiezingsprogramma is dat voor mij, oudere, geen moeilijke keuze.’ (stemde CDA, zou nu 50 Plus stemmen)
 
‘Ben altijd VVD-stemmer geweest, maar voel me nu in de steek gelaten. Ik ben gepensioneerd en heb meer dan 40 jaar hard gewerkt voor een eigen woning en een paar spaarcenten en dat wordt me nu op een asociale manier afgenomen. Mocht ik in een bejaardenhuis komen dan bestaat de kans dat ik me blauw moet betalen, terwijl een andere inwoner die er maar op los heeft geleefd van alle kanten steun krijgt. Ik wil best een bijdrage leveren aan de crisis, maar niet op deze manier.’ (stemde VVD, zou nu 50 Plus stemmen)
 
Als gepensioneerde voel ik mij beter thuis bij Dhr. H. Krol omdat hij mijn situatie goed verwoordt’ (stemde PVV, zou nu 50 Plus stemmen)
 
Crisis steviger gevoeld
Dat de crisis zich steviger in de huiskamers heeft genesteld, blijkt uit het feit dat aanmerkelijk meer mensen dan een half jaar geleden zelf iets van de economische crisis merken: 22% voelt de crisis in sterke mate, 66% in enige mate en slechts 12% niet, Eind augustus 2012 merkte 12% de crisis in sterke mate, 64% in enige mate en 24% merkte de crisis niet. Het zijn vooral 50 plussers (91%) en mensen met een modaal inkomen (94%) die de crisis voelen.
Verder zien we een aanmerkelijke toename in het aantal mensen dat iemand kent die het afgelopen jaar hun baan is kwijtgeraakt/ serieus vreest hun baan kwijt te raken, iemand kent die werkt bij een bedrijf dat failliet dreigt te gaan of iemand kent die depressief of ziek is geworden ten gevolge van de crisis (zie tabel 2).

2| Crisis laat zich sterker voelen

Kent u iemand in uw directe omgeving die….
….afgelopen jaar hun baan zijn kwijtgeraakt
 
…serieus vrezen dat ze hun baan kwijtraken ...zwaar in
de schulden zitten
…werken bij een bedrijf dat failliet is gegaan …werken bij een bedrijf dat dreigt failliet te gaan ...depressief of ziek is geworden (mede) als gevolg van de economische crisis
 
Aug
2012

Feb 2013

Aug 2012

Feb 2013

Aug 2012

Feb 2013

Aug 2012

Feb 2013

Aug 2012

Feb 2013

Aug
2012

Feb
2013
Ja 53% 63% 46% 53% 32% 33% 20% 23% 13% 19% 13% 18%
Nee 47% 37% 54% 47% 68% 67% 80% 77% 87% 81% 87% 82%
 
50 Plussers zijn ook op een aantal andere economische indicatoren negatiever dan gemiddeld. Zo denkt 26%, ten opzichte van 30% gemiddeld, dat Nederland zich in de goede richting ontwikkelt.
Gaat het direct over de eigen portemonnee, dan zijn ouderen veel negatiever: 69% vreest het komende half jaar een afname van het huishoudsinkomen, tegenover 52% gemiddeld. Wekelijks rondkomen blijkt voor ouderen op dit moment overigens nog niet het grootste probleem: 43% zegt makkelijk rond te komen, een kwart (24%) niet. Bij de gemiddelde Nederlander gaat het om nagenoeg dezelfde aantallen.

Vertrouwen in Rutte II na 100 dagen: stabiel
Intussen is het tweede kabinet Rutte zo’n 100 dagen onderweg. Na een moeilijk begin, toen de commotie rondom de ziektekostenpremie in volle hevigheid speelde, zakte het vertrouwen in het kabinet naar slechts een kwart (25%) in december 2012. Twee maanden later is het vertrouwen gestabiliseerd: 26% heeft momenteel vertrouwen in Rutte II. Overigens liep deze peiling voordat er een akkoord over de woningmarkt tussen VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP werd gesloten.

3 | Vertrouwen in Rutte II stabiliseert

Hoeveel vertrouwen heeft u in de regering ..? 25 feb 2007 Balkenende
IV
25 okt 2010
Rutte I
28 feb 2011
Rutte I
14 sept 2011
Rutte I
6 nov
2012

Rutte II
19 dec 2012
Rutte II
 13 feb 2013
Rutte II
Heel veel vertrouwen 5 2 3 1 3 1 1
Veel vertrouwen 37 29 28 21 28 24 25
Weinig vertrouwen 31 45 41 48 42 47 42
Heel weinig vertrouwen 7 18 20 18 16 21 21
Weet niet 20 7 8 11 11 8 11
 
Meeste vertrouwen in Dijsselbloem, waardering voor Rutte krabbelt op
Mark Rutte moest het formeren van zijn nieuwe kabinet aanvankelijk bekopen met een flinke afname in waardering. Scoorde Rutte vlak voor de verkiezingen nog een 6,2, in december 2012 was dat slechts een 5,4 - verreweg de laagste score sinds Rutte voor het eerst premier werd. Nu lijkt hij met een rapportcijfer van 5,7 enigszins op de weg terug. Met name VVD-kiezers, die twee maanden geleden nauwelijks een voldoende gaven, zien het nu weer in toenemende mate in hem zitten (6,7).
Het rapportcijfer voor Diederik Samsom stabiliseert. Scoorde hij een dag voor de verkiezingen met een 6,7 nog met afstand het beste van alle partijleiders, in december 2012 was dat een 6,0, een score die hij nu weer krijgt. Emile Roemer (6,3), Alexander Pechtold (6,2), Henk Krol (6,1) en Arie Slob (6,1) scoren iets hoger.
Hoogst gewaardeerde minister is momenteel Jeroen Dijsselbloem (6,5), minst gewaardeerd  is Stef Blok (5,4).
 
Onderzoeksverantwoording
Onderzoeksnummer: D0542. Onderzoeksmethode: TNS NIPObase CAWI (online).
Aantal respondenten: aan het onderzoek werkten 961 Nederlanders (18+) mee.
 
Veldwerkperiode: 8 t/m 11 februari 2013
De steekproef is getrokken op basis van de ideaalcijfers voor geslacht, leeftijd, opleiding, gezinsgrootte, regio, sociale klasse en politiek stemgedrag bij de verkiezingen voor de Tweede Kamer op 12 september 2012. De resultaten zijn hier ook op herwogen.
 
We benadrukken dat we in deze zetelpeiling met steekproefmarges te maken hebben.
Voor de grootste partij (de VVD, met 18,4%) is dat 2,4%. Dit komt overeen met drie tot vier zetels.
 
Bij verspreiding of publicatie de bron TNS NIPO gebruiken.
Voor meer informatie:
 
Peter Kanne
t. 020 522 59 24
e. peter.kanne@tns-nipo.com
 
Tim de Beer
t. 020 522 53 99
e. tim.de.beer@tns-nipo.com